Het onderzoek vond plaats in samenwerking met het onderzoekinstituut ITS van de Radboud Universiteit Nijmegen. De onderzoekers combineerden en analyseerden gegevens van het Centraal Bureau voor de Statistiek en het UWV. Volgens de ABU levert dit een goed beeld op van de uitzendsector.
Zo blijkt dat bijna twee derde (64 procent) na de uitzendperiode aan het werk blijft. Daarbij stroomt 15 procent door naar een vast en 32 procent naar een tijdelijk dienstverband. Nog eens 17 procent krijgt een volgende uitzendbaan. Volgens de uitzendkoepel blijkt hieruit dat uitzendwerk een opstapfunctie heeft.
In vijf sectoren waren de meeste uitzendkrachten aan het werk. Het ging om de zakelijke dienstverlening (19,6 procent), industrie (18,3 procent), vervoer en opslag (8,9 procent), bouwnijverheid (8,9 procent) en handel (8,3 procent). De uitzendkrachten werkten gemiddeld 29 uur per week.
Bron: ABU